Menu - Omvormer

PIKO MP plus

AANWIJZING! De PIKO MP plus hoeft hier alleen bij een groepenschakeling of bij gebruik met een batterijsysteem geconfigureerd te worden.

Er moet een PIKO MP plus omvormer worden ingesteld.

Selecteer het overeenkomstige type of de vermogensklasse van de omvormer. Hiermee wordt het maximale AC-uitgangsvermogen van de omvormer automatisch ingesteld.

Dit type omvormer communiceert via de RS485-interface. Om de omvormer te koppelen, moet u de RS485-interface van de KOSTAL Smart Energy Meter opgeven waarop de omvormer is aangesloten.

Bij meerdere omvormers moet u verschillende RS485-adressen gebruiken.

De waarde voor Time-out hoeft niet te worden gewijzigd. Meer informatie hierover vindt u op de volgende pagina's bij "Time-out".

Batterijmanagement:

AANWIJZING! Batterijmanagement wordt alleen weergegeven, wanneer de extra optie Batterij op de PIKO MP plus via een activeringscode is geactiveerd. Als een batterij via deze menuoptie wordt ingesteld, wordt deze na de bevestiging automatisch aan de omvormer gekoppeld.

Wanneer een batterij voor de PIKO MP plus moet worden geconfigureerd, kan hier de batterijondersteuning daarvoor worden geactiveerd.

Vervolgens moet de communicatie-interface (RS485) door de KSEM worden geselecteerd, waarop de communicatiekabel van de batterij wordt aangesloten.

Meer informatie over de instellingen vindt u op de volgende pagina's bij "Batterij".

PLENTICORE
PIKO IQ
PLENTICORE BI

AANWIJZING! De omvormer hoeft alleen bij een gewenste visualisatie te worden geconfigureerd via het dashboard, in combinatie met een ENECTOR of een groepenschakeling.

Er moet een PIKO IQ-, PLENTICORE- of PLENTICORE BI-omvormer worden geconfigureerd.

Selecteer het overeenkomstige type of de vermogensklasse van de omvormer. Hiermee wordt het maximale AC-uitgangsvermogen van de omvormer automatisch ingesteld.

Dit type omvormer communiceert via TCP. Voor de koppeling is het noodzakelijk om een IP-adres in te voeren.

De Unit ID hoeft niet te worden gewijzigd.

Bij een PLENTICORE moet u nog steeds selecteren of u een batterij op de omvormer hebt aangesloten, zodat deze waarde in de berekeningen/weergaven wordt meegenomen.

PIKO FW >= 5.0

Er moet een PIKO 3.0-20- of PIKO 36 EPC-omvormer worden geconfigureerd.

Selecteer het overeenkomstige type of de vermogensklasse van de omvormer. Hiermee wordt het maximale AC-uitgangsvermogen van de omvormer automatisch ingesteld.

Dit type omvormer communiceert via TCP (LAN). Voor de koppeling is het noodzakelijk om een IP-adres in te voeren.

PIKO CI

Er moet een PIKO CI-omvormer worden geconfigureerd.

Selecteer het overeenkomstige type of de vermogensklasse van de omvormer. Hiermee wordt het maximale AC-uitgangsvermogen van de omvormer automatisch ingesteld.

Dit type omvormer communiceert via TCP (LAN). Voor de koppeling is het noodzakelijk om een IP-adres in te voeren.

Batterij

Er moet een batterij bij een ingestelde PIKO MP plus worden ingesteld.

Met omvormer verbinden

Selecteer hier de omvormer waarmee de batterij is verbonden. Deze moet van tevoren worden geconfigureerd, zodat deze hier wordt weergegeven.

Seriële interface

De batterij communiceert via de RS485-interface. Om de batterij te koppelen, moet u opgeven op welke RS485-interface van de KOSTAL Smart Energy Meter de communicatiekabel van de batterij is aangesloten.

Type batterij

Selecteer het type batterij, bijvoorbeeld BYD HVM of BYD HVS.

Aantal zonnepanelen

Selecteer het aantal zonnepanelen dat in de batterij is geïnstalleerd.

Max. SoC (laadtoestand)

Hier moet de maximale laadtoestand van de batterij worden ingesteld (de standaardwaarde is 100%).

Min. SoC (laadstatus)

Stel hier de minimale laadtoestand van de batterij in. Neem de specificaties van de fabrikant van de batterij in acht (de standaardwaarde is 5%).

Nominale laad-/ontlaadcapaciteit van batterij

Deze waarde wordt automatisch ingesteld en hoeft niet te worden gewijzigd. De waarde wordt berekend aan de hand van het type batterij en het aantal zonnepanelen. Deze kan echter worden aangepast als de waarden niet bij de batterij passen.

Time-out

Met deze waarde in seconden wordt bij een communicatiestoring aangegeven na hoeveel tijd een foutmelding wordt verzonden naar het geconfigureerde apparaat.

Maximaal uitgangsvermogen

Deze waarde moet u verplicht voor elke gekoppelde omvormer instellen.

Door het type of de vermogensklasse van de omvormer te selecteren, wordt het maximale uitgangsvermogen van de omvormer automatisch ingesteld.

Het maximale uitgangsvermogen is het maximale vermogen dat de te configureren omvormer technisch kan leveren.

De waarde voor het maximale uitgangsvermogen wordt alleen bepaald door het omvormertype en de uitvoering. Het daadwerkelijke totale vermogen van de aangesloten zonnepanelen is voor deze instelling niet van belang.

Naam

Weergave van de naam die door de gebruiker aan de KOSTAL-zonneomvormer werd toegekend.

U kunt deze naam opgeven via de menu-interface van de omvormer.

Type

De typeaanduiding van de omvormer/batterij.

Adres

Hier wordt het IP-adres, of het RS485-adres van de omvormer weergegeven.

Status

Statusweergave van de communicatie met de omvormer. Twee verschillende statussen zijn mogelijk:

OK (√) geeft aan de communicatie met de omvormer correct verloopt.

Fout (!) geeft aan dat de communicatie met de omvormer is onderbroken.

Info (i)

Via het informatiesymbool kunt u aanvullende informatie opvragen, zoals het serienummer en de hardware- en softwareversie.

OK (√) geeft aan de communicatie met de omvormer correct verloopt.

Andere waarden vormen een foutcode.

Bewerken (potloodpictogram)

Via het symbool Bewerken (potloodpictogram) kunt u de configuratie van een gekoppelde omvormer/batterij wijzigen. Wijzigingen worden pas actief nadat deze met OK zijn bevestigd.

Verwijderen (pictogram vuilnisbak)

Een omvormer kan uit de KOSTAL Smart Energy Meter worden verwijderd via het vuilnisbakpictogram.