Communicatie via LAN

Omvormer met LAN-/ethernetkabel verbinden

  1. Schakel de omvormer spanningsvrij.
  2. Voer de ethernetkabel door de COM2-afdekking en sluit deze af met afdichtring en wartelmoer.
  3. Draai de wartelmoer met het opgegeven aanhaalmoment vast.
    Aanhaalmoment: 8 Nm (M25).
  4. INFO

    Info

    Gebruik een ethernetkabel van categorie 7 (Cat 7, FTP) met een maximale lengte van 100 m als netwerkkabel (Ethernet 10BaseT, 10/100 MBit/s).

  5. Sluit de ethernetkabel op een van de LAN-bussen in de COM2-connector aan. De tweede LAN-bus wordt gebruikt om de netwerkverbinding met andere omvormers verder uit te breiden.
  6. Sluit de LAN-/ethernetkabel op de computer of router aan.
  7. INFO

    Info

    Na de ingebruikname kunnen de instellingen voor de ethernetverbinding nog steeds in de KOSTAL PIKO CI-app worden uitgevoerd.

    Dit omvat bijvoorbeeld de instelling voor de IP-modus, waarmee het verkrijgen van een automatisch IP-adres kan worden ingesteld.

  8. De instelling van de omvormer als Master LAN of slave wordt via de KOSTAL PIKO CI-app op elke omvormer uitgevoerd. Roep hiervoor de volgende menuoptie op onder Instellingen > Communicatie-instellingen > Master/slave-instellingen > Master/slave-instellingen en selecteer vervolgens Master LAN of Slave. De master stuurt gegevens naar omvormers die als slave zijn gedefinieerd. Dit kan bijvoorbeeld een terugleveringsbeperking zijn.
  1. LAN-kabel aangesloten