Schakelende uitgang instellen voor het melden van gebeurtenissen

De uitgang wordt geschakeld wanneer een of meer gebeurtenissen in de omvormer actief zijn. Gelijktijdig wordt de gebruiker geïnformeerd over de gebeurtenis. De uitgang kan bijvoorbeeld overschakelen naar een smarthome-systeem dat het signaal verder verwerkt.

Voorbeeld: De uitgang kan worden gebruikt om een verbruiker uit te schakelen bij een bepaalde gebeurtenis of om een signaallamp te activeren om een storing aan te geven.

  1. Selecteer een gebeurtenis uit de lijst.
  2. Gebruik eventueel de optie Batterijgebruik voor schakelen op basis van PV-vermogen.
  3. Klik op Opslaan.
  1. De functie 'Regeling van het eigenverbruik' is actief.

 

Een schakelende uitgang kan worden geconfigureerd voor de volgende gebeurtenissen.

Gebeurtenis

Instelvoorwaarde

Resetvoorwaarde

Netstoring/lekstroom/isolatiefout

Er is een netstoring/lekstroom/isolatiefout.

Een netstoring/lekstroom/isolatiefout is niet meer actief.

Externe generatorstoring

Er is een externe generatorstoring.

Een externe generatorstoring is niet meer actief.

Vermogensverlaging

Een vermogensverlaging is actief.

Een vermogensverlaging is niet meer actief.

Systeemstoring

Er is een systeemstoring.

Een systeemstoring is niet meer actief.

Oververhitting

Er is oververhitting.

Een oververhitting is niet meer actief.

Ventilatorstoring

Er is een ventilatorstoring.

Een ventilatorstoring is niet meer actief.

Energiemeterstoring

Er is een storing in de energiemeter.

Een storing in de energiemeter is niet meer actief.

Batterijstoring

Er is een batterijstoring.

Een batterijstoring is niet meer actief.

Communicatiestoring batterij

De gebeurtenis (ID 5013) is actief.

De gebeurtenis (ID 5013) is niet meer actief.

Back-upmodus actief

De omvormer genereert noodstroom en is losgekoppeld van het openbare net.

De omvormer genereert geen noodstroom en is verbonden met het openbare net.

Ext. overspanningsbeveiliging defect

Er is een actief signaal op de SPD-monitoringang.

Er is geen actief signaal meer op de SPD-monitoringang.

Int. DC-overspanningsbeveiliging defect

De interne DC-overspanningsbeveiliging is in het menu "Overspanningsbeveiliging" geconfigureerd als “gebruikt” en is defect.

De interne DC-overspanningsbeveiliging is geconfigureerd als "gebruikt" en is foutloos of de interne DC-overspanningsbeveiliging is in het menu "Overspanningsbeveiliging" geconfigureerd als "niet gebruikt".

Externe isolatiefout

Er is een isolatiefout.

Een isolatiefout is niet meer actief.

Extern aardlek

Er is lekstroom.

Een lekstroom is niet meer actief.

Interne storing parameterinstelling

Er is een parameterfout.

Een storing aan een parameterinstelling is niet meer actief.

Interne communicatiestoring

Er is een communicatiestoring.

Een communicatiestoring is niet meer actief.