Aansluiting batterijcommunicatie

1

Aansluitklem X601

2

Aansluitklem communicatiekabel batterij (afhankelijk van batterijsysteem)

3

Afdichtring met wartelmoer

4

Batterij

GEVAAR

danger

Levensgevaar door elektrische schok en elektrische ontlading!

Tijdens de werking staan er hoge spanningen op de onderdelen en kabels in het product die onder spanning staan. Het aanraken van onderdelen of kabels die onder spanning staan, kan leiden tot de dood of levensgevaarlijke verwondingen door elektrische schokken.

  • Schakel de omvormer en batterij spanningsvrij. Neem daarbij de aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing van de batterijfabrikant in acht.

INFO

Info

Voor de communicatiekabel gelden minimaal de volgende vereisten. Precieze gegevens vindt u in de gebruiksaanwijzing van de batterijfabrikant.

Draaddoorsnede 0,2 - 1,5 mm2

Buitendiameter 5 - 10 mm

Lengte max. 30 m

Striplengte 8 mm

Twisted pair (bijv. Cat.5e of beter)

  1. Zet de DC-schakelaar van de omvormer op Off.
  2. Schakel de batterij spanningsvrij.
  3. Schakel de omvormer spanningsvrij en beveilig deze tegen opnieuw inschakelen.
  4. Steek de communicatiekabel van de batterij in de omvormer.
  5. Dicht af met de afdichtring en wartelmoer. Draai de wartelmoer met het opgegeven aanhaalmoment vast. Aanhaalmoment: 8 Nm (M25).
  6. Sluit de communicatiekabel aan op de communicatie-interface van het Smart Communication Board.
  7. Sluit in de batterij de communicatiekabel aan op het batterijmanagementsysteem. Lees hiervoor de gebruiksaanwijzing van de batterijfabrikant door.
  8. Om communicatiefouten tussen de batterij en de omvormer te voorkomen, moeten beide apparaten via een aardpotentiaal worden aangesloten.
  1. De communicatiekabel is aangesloten.